Vergoeding affectieschade en smartengeld voor nabestaanden
Deze week is door de Eerste Kamer een wetsvoorstel aangenomen dat de slachtoffers van misdrijven en hun nabestaanden in het geval de slachtoffers zijn overleden meer spreekrecht geeft tijdens een strafzaak.[1]
Slachtoffers hadden al een spreekrecht, maar tot nu toe mochten zij en nabestaanden zich in de rechtszaal alleen uitspreken over wat het misdrijf bij hen teweeg had gebracht. Het aangenomen wetsvoorstel voorziet nu in een onbeperkt spreekrecht. Het slachtoffer van een ernstig misdrijf mag zich vanaf 1 juli ook uitlaten over de straf en het bewijs. Deze uitbreiding van het spreekrecht was uitgebreid in het nieuws.
Wat onderbelicht is gebleven is een andere belangrijke uitbreiding van het recht van nabestaanden. Nabestaanden kunnen namelijk in meer gevallen dan nu aanspraak maken een uitkering op grond van de Wet Schadefonds Geweldsmisdrijven. Sinds 2012 kunnen nabestaanden van het Schadefonds Geweldsmisdrijven (www.schadefonds.nl) een vergoeding ontvangen voor geleden affectieschade als het gaat om met opzet gepleegde misdrijven. Met de nieuwe wet geldt deze vergoedingsregeling ook voor zogenoemde “schulddelicten”, dus misdrijven waarbij er geen sprake is geweest van opzet. Bij moord is er sprake van opzet. Bij ernstige verkeersongevallen meestal niet. Dus in het geval iemand – zonder opzet – een ernstig verkeersongeval veroorzaakt waardoor een slachtoffer komt te overlijden, stonden nabestaanden tot nu toe met lege handen als het ging om de vergoeding van affectieschade. Affectieschadevergoeding is smartengeld voor het leed van nabestaanden als gevolg van het overlijden. Met de wetswijziging die deze week is aangenomen door de Eerste Kamer is daar dus verandering in gekomen.
Wat houdt die vergoeding van affectieschade door het Schadefonds Geweldsmisdrijven in?
De uitkering van het Schadefonds Geweldsmisdrijven voor affectieschade bedraagt standaard € 5.000. Dat is een vergoeding voor het leed (immateriële schade/smartengeld) en eventuele financiële schade, zoals bijvoorbeeld therapiekosten of inkomensverlies van de nabestaande zelf. Daarnaast kan nog een aanvullende vergoeding worden verkregen indien het gezinsinkomen is verminderd doordat het inkomen van de overleden partner of ouder is weggevallen. Deze laatste vergoedingsmogelijkheid bestond al langer.[2] Nieuw is dus de vergoeding van smartengeld/affectieschade voor nabestaanden voor schuldmisdrijven.
Recht op affectieschade?
Opvallend is dat het Schadefonds Geweldsmisdrijven nu een vergoeding biedt waar nabestaanden geen aanspraak kunnen maken als ze de dader of diens verzekeraar rechtstreeks daarvoor aanspreken. Er bestaat in dat geval geen recht op vergoeding van affectieschade.[3] Er ligt wel een wetsvoorstel bij de Tweede Kamer dat ziet op vergoeding van affectieschade voor nabestaanden en naasten van slachtoffers met ernstig letsel, maar dat wetvoorstel is nog steeds geen wet. Dat gat wordt nu deels gedicht door het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Het wachten is nu op onze wetgever om ook de vervolgstap te maken en op die manier het leed van nabestaanden en naasten van slachtoffers eindelijk te verzachten met een volwaardige wettelijk regeling.
Voetnoten
[1] https://www.eerstekamer.nl/behandeling/20150602/gewijzigd_voorstel_van_wet_2
[2] Zie over dit onderwerp uitgebreid: A.H. Sas, Schadefonds Geweldsmisdrijven: een nieuwe werkwijze ingevoerd en wijziging van de wet op komst, Verkeersrecht 2015 (5), pag. 180-189.
[3] Zie hierover: J.F. Roth https://www.sapadvocaten.nl/pdf/LS-2010-1-redactioneel-smartengeld.pdf