Paardrijden, een gevaarlijke hobby?!
Er komen regelmatig uitspraken van rechters voorbij waarbij het draait om ongevallen met een paard. Bij dergelijke uitspraken speelt er vaak een discussies over de hoogte van een te hanteren percentage eigen schuld. Er wordt dan vaak gesteld dat iemand, door te gaan paardrijden, bewust een risico aanvaardt. Dat kan wel zo zijn, maar dat neemt niet weg dat het lang niet altijd terecht is om in dat geval ook daadwerkelijk een deel van de schade voor eigen rekening van het slachtoffer te laten komen.
Een dergelijke discussie vond ook plaats in een uitspraak van de Rechtbank Gelderland op 29 november 2016 (gepubliceerd 13/07/2017).
In deze zaak ging het om het volgende. Het slachtoffer, een meisje van 13 jaar oud is met 2 vriendinnen (van 13 en 11 jaar oud) op een paard gaan rijden op de openbare weg, zonder toestemming van de eigenaar van het paard. Tijdens het paardrijden schrok het paard van langsrijdend verkeer en wierp het meisje van zich af, waardoor zij onder andere hersenletsel opliep en sinds het ongeval rolstoel gebonden is. De eigenaar van het paard werd aansprakelijk gesteld op grond van artikel 6:179 BW. Aansprakelijkheid werd erkend, maar de eigenaar van het paard deed een beroep op eigen schuld – omdat zij zelf heeft bijgedragen aan het ontstaan van haar schade – en stelde dat er slechts 70% van haar schade vergoed diende te worden.
Namens het slachtoffer werd de rechtbank verzocht om te beslissen dat de eigenaar van het 100% aansprakelijk was. Namens het slachtoffer werd gesteld dat het – mede vanwege haar leeftijd – onredelijk was om de schade deels voor haar eigen rekening te laten komen.
De rechtbank geeft het meisje (terecht) gelijk! De Rechtbank komt op basis van de zogenaamde billijkheidscorrectie tot de beslissing dat de schade alsnog voor 100% vergoed moet worden. Belangrijke argumenten daarvoor waren het feit dat het meisje ernstig letsel opliep. Ook speelde haar leeftijd een grote rol, zij was immers pas 13 jaar oud. Belangrijk daarbij is dat gesteld kan worden dat een kind (onder 14 jaar) niet het vermogen heeft om risico’s van dieren goed in te schatten en hiernaar te handelen. Gelet daarop zou het dan ook niet terecht zijn om een kind dan wel op te laten draaien voor ene deel van de eigen schade.
Overigens kan ook in gevallen waarbij een slachtoffer ouder is dan 14 jaar deze zogenaamde billijkheidscorrectie ervoor zorgen dat er, vanwege omstandigheden zoals ernst van het letsel en de gevolgen van een ongeval, een hoger percentage van de schade vergoed moet worden. Dat je door te gaan paardrijden een bepaald risico aanvaard, betekent dus lang niet altijd dat je daar zelf voor moet opdraaien.