NU.NL / AMSTERDAM – De onrust in Libië bemoeilijkt het onderzoek naar de vliegramp in Tripoli in mei vorig jaar ernstig.
Nabestaanden zijn bang nooit achter de precieze oorzaak van de crash te komen en vrezen volgens het AD bovendien nooit meer schade te kunnen verhalen op luchtvaartmaatschappij Afriqiyah Airways, dat in handen is van de Libische overheid.
Door het vliegtuigongeluk in Tripoli kwamen op 12 mei vorig jaar 70 Nederlanders om het leven. In totaal overleden 103 van de 104 inzittenden, een 9-jarige Nederlandse jongen overleefde de ramp als enige.
Ongewis
“Ik vermoed dat het onderzoek volledig stilligt”, zegt advocaat Sander de Lang die nabestaanden vertegenwoordigt tegen het AD. Omdat de toekomst van de luchtvaartmaatschappij door de opstanden tegen het regime van de Libische leider Muammar Kaddafi ongewis is, gaan advocaten nu proberen schade te verhalen op de verzekeraar van Afriqiyah Airways en de reisorganisaties Kras en Stip.
Advocaat Maartje van den Steenhoven: “Als Afriqiyah het loodje legt, kunnen we nabestaanden via de verzekeraar in elk geval zekerheid bieden.
Het ministerie van Buitenlandse Zaken zegt in een reactie zich de zorgen goed voor te kunnen stellen. De enige informatie die het ministerie momenteel vanuit Libië heeft gekregen is de mededeling dat “het onderzoek nog niet is afgerond”.
Betogingen
In navolging van opstanden in Tunesië en Egypte, waar de presidenten na wekenlange betogingen zijn opgestapt, brak ook in Libië half februari hevige onrust uit. De protesten tegen de zittende leider Kaddafi gaan er zeer gewelddadig aan toe. Berichten over dodentallen wisselen, maar duidelijk is dat er zeker meer dan duizend dodelijke slachtoffers zijn gevallen.