Blijvende invaliditeit na letselschade: wat moet je weten?

Blijvende invaliditeit na letselschade: wat moet je weten?

Wanneer we letselschade oplopen wachten we steeds de medische eindsituatie af. Dit is het moment waarop de medische toestand niet meer zal verbeteren. Op dat moment kunnen we beoordelen of er sprake is van blijvende letselschade en blijvende invaliditeit. Onrechtstreeks zal die blijvende invaliditeit ook recht geven op een schadevergoeding. Toch zal dat bij eenzelfde mate van blijvende invaliditeit toch sterk kunnen verschillen ten opzichte van andere gelijkaardige slachtoffers. Dat heeft te maken met het aangehaalde onrechtstreeks karakter van deze schadepost. SAP Letselschade Advocaten legt een en ander uit.

Wat verstaan we onder blijvende invaliditeit?

Bij blijvende invaliditeit gaat het om een vorm van ernstige letselschadewaarbij, na het bereiken van het punt van medische consolidatie, er een geheel of gedeeltelijk functioneel verlies optreedt van een deel van het lichaam.

Bepalen van het percentage blijvende invaliditeit

Bij blijvende invaliditeit hanteert men steeds percentages om de mate van invaliditeit uit te drukken. Hoe hoger het percentage, hoe groter het functioneel verlies van het menselijk lichaam en hoe hoger ook de schadevergoeding zal zijn. Het berekenen van het percentage van blijvende invaliditeit is geen advocatenwerk. In de praktijk wordt dan een medisch specialist aangesteld die op basis van een aantal richtlijnen het percentage zal vaststellen. Die richtlijnen geven aan hoe bepaalde blijvende letsels zich verhouden tot het percentage van blijvende invaliditeit. Zo zal men bijvoorbeeld bij een stoornis in het staan en lopen een onderscheid maken tussen ‘een beperkte actieradius’ (1 tot 9 %) en ‘de onmogelijkheid zonder mechanische hulpmiddelen’ (40 tot 60 %).

Verhouding met de arbeidsongeschiktheid

Het invaliditeitspercentage en de functionele beperkingen zullen bepalen of je al dan niet arbeidsongeschikt bent ten gevolge van het schadegeval. Of dat zo is of niet, hangt af van verschillende factoren. Zo zal je na een duimamputatie perfect die job als telefonist kunnen hervatten, terwijl dat voor een gitarist een stuk moeilijker is. In het tweede geval spreken we van arbeidsongeschiktheid. Die laatste kan dan een schadevergoeding vorderen voor het verlies aan arbeidsvermogen. Dat is overigens vaak de reden waarom schadevergoedingen, bij een gelijkaardig schadegeval, zo sterk kunnen verschillen.

Andere schadeposten bij blijvende invaliditeit

Waar de schadepost verlies aan verdienvermogen sterk kan verschillen bij eenzelfde mate van functionele invaliditeit, kunnen beide partijen voor de andere schadeposten wel beroep doen op gelijkaardige regelingen. Zo kunnen ze gewoon hun effectieve schade (bv. voor thuiszorg, hulp bij het huishouden of parkeerbonnetjes) inbrengen en hebben ze allen recht op een smartengeldvergoeding. Dat laatste is echter opnieuw afhankelijk van verschillende factoren. Zo neemt men bijvoorbeeld aan dat het verlies van een duim op jongere leeftijd een groter leed en gevoel van schaamte zal veroorzaken. Logischerwijs zal dat door dergelijke persoonlijke factoren ook in een hogere smartengeldvergoeding resulteren. Uiteraard zal ook SAP Letselschade Advocaten in beide gevallen het hoogst haalbare resultaat nastreven.