Werkgeversaansprakelijkheid voor val tijdens werkzaamheden
Ook voor een val tijdens de werkzaamheden is dat het geval. Op de werkgever rust nu eenmaal een ruime zorg-, controle- en waarschuwingsplicht. De meeste valincidenten vallen dan ook te voorkomen als de werkgever gepaste maatregelen treft. Toch waren er in het verleden ook al zaken waarbij de werkgever niet aansprakelijk was. Wij geven drie voorbeelden die de subtiele verschillen tussen aansprakelijkheid en niet-aansprakelijkheid mooi illustreren.
Werkneemster valt van trap tijdens ongevraagd tilwerk
Bij deze zaak was een dame aan de slag bij een reisbureau. Op verzoek van de dame werden er, na toestemming van de directeur, twee nieuwe bureaustoelen geleverd op het kantoor. De leveranciers namen echter de oude bureaustoelen niet mee, waardoor zij samen met haar collega besloot om ze op de hogere verdieping te plaatsen. Tijdens het naar boven brengen van de bureaustoelen viel de dame van de trap. Ze liep ernstige letselschade op aan het been en was volledig arbeidsongeschikt. De verzekeraar ging niet zomaar akkoord met de schadeclaim: het slachtoffer had immers zonder instructie beslist om de stoelen naar de hogere verdieping te brengen en had zich hierdoor vrijwillig aan het risico blootgesteld. De rechtbank Noord-Holland ging in 2017 de verschillende feiten grondig na. Zo deed het beroep op een verklaring van de collega die aangaf dat de twee overgebleven bureaustoelen ‘in de weg stonden’. De kantonrechter oordeelde dat het dan ook logisch is dat het slachtoffer zich de vraag stelde wat nu met de overgebleven bureaustoelen diende te gebeuren. De directeur had bovendien geen duidelijke instructies meegegeven over wat nadien met de overgebleven bureaustoelen diende te gebeuren. Gelet op het feit dat de bureaustoelen oorspronkelijk door de werkgever in de ruimte werden geplaatst, oordeelde de rechtbank dat het niet ging om een zogenaamd huis-tuin-en-keukenongeval. De werkgever was dan ook aansprakelijk voor de geleden schade.
Steigerbouwer volgt veiligheidsrichtlijn niet op en valt van dak
In dit geval was het slachtoffer aan de slag als hulpsteigerbouwer. De veiligheidsinstructies, de veiligheidsregels en het veiligheidsbeleid gaven concreet aan dat de medewerker een harnasgordel diende te dragen en ook aangelijnd moest zijn. Hoewel de medewerker zo’n harnasgordel droeg, was hij echter niet aangelijnd. Toen de medewerker het dak betrad, kon een golfplaat zijn gewicht niet houden. De medewerker maakte een val van ruim vijf meter en kwam met een zware smak op de begane grond terecht. De medewerker werd meer dan een week opgenomen in het ziekenhuis. De verzekeraar van de werkgever stelde echter dat er geen sprake was van aansprakelijkheid: de medewerker beging een grove overtreding van de veiligheidsregels. Het Hof Den Haag oordeelde daar echter anders over. Zo dient de werkgever immers niet alleen een veiligheidsbeleid en -regels op te stellen, maar dient hij ook voldoende controle uit te oefenen op de naleving ervan. Dat gebeurde in dit geval niet. De werkgever was dan ook gewoon aansprakelijk.
Val van trap door gemorste koffie
Bij deze zaak betrof het een werkneemster die bij een verpleeghuis aan de slag was. Tijdens haar tewerkstelling gleed ze uit over een grote koffievlek op de trap. Hierdoor brak ze haar middenhandsbeentje. Zij stelde de werkgever aansprakelijk die het echter afdeed als een “ongelukkige samenloop van omstandigheden”. Uiteindelijk diende het Hof uitspraak te doen. Het Hof haalde aan dat er op de werkgever een zorgplicht rust met betrekking tot de te nemen veiligheidsmaatregelen, het uitoefenen van controle en het treffen van alle maatregelen die redelijkerwijs noodzakelijk zijn om ongevallen te voorkomen. Wat begrepen moet worden onder ‘redelijkerwijs noodzakelijk’, dient bekeken te worden in het licht van de concrete feiten. Het Hof haalde aan dat het een werkneemster betrof met heel wat ervaring en dienstjaren op de teller, terwijl het hierbij gewoon ging om gebruikelijke werkzaamheden (het wegbrengen van een naaldcontainer via de trap). Het Hof neemt mee in oordeel dat de trap op regelmatige tijdstippen werd gereinigd, voldoende verlicht was en dat de werkgever ook speciale werkschoenen ter beschikking had gesteld van het personeel. Op basis van die feiten oordeelde het Hof dat de werkgever alles gedaan had wat redelijk van hem te verwachten was. Het ongeval ontstond dan ook door de onvoldoende onoplettendheid van de werkneemster en kan de werkgever niet verweten worden, ook niet op basis van de aangehaalde risicoaansprakelijkheidsleer.
SAP helpt jou verder
Bovenstaande drie voorbeelden tonen aan dat er een grote verplichting rust op de werkgever, maar dat diens aansprakelijkheid nog geen vaststaand feit hoeft te zijn. Ook bij SAP Letselschade Advocaten beoordelen we de slaagkans van ieder dossier op basis van diezelfde concrete feiten. Letselschade opgelopen op het werk? Kom dan langs voor een vrijblijvend intake gesprek waar we de zaak grondiger kunnen bekijken. Meestal kunnen we al meteen aangeven of er al dan niet een kans is op het bekomen van een schadevergoeding bij de (verzekeraar van de) werkgever. Neem contact met ons op voor meer informatie of het vastleggen van een gratis gesprek.