Geschiloplossing in letselschadezaken volgens Verbond van Verzekeraars
Op 20 juni jl. publiceerde het Verbond van Verzekeraars haar “Aanbevelingen ter voorkoming en/of oplossing van geschillen in het letselschadeproces”. In deze aanbevelingen gericht aan schadeverzekeraars wordt aangegeven hoe langer lopende letselschadezaken waarvan het slachtoffer vindt dat deze niet goed verloopt kunnen worden vlot getrokken. In dat geval wordt aanbevolen om een driegesprek aan te gaan en dat als dat niets oplost kan gekozen worden voor mediation.
In de “aanbevelingen” wordt door het Verbond van Verzekeraars aangegeven dat in ongeveer 80% van de zaken waarin mediation plaatsvindt een oplossing wordt gevonden. Dat zijn mooie resultaten en reden waarom ook de advocaten van SAP Advocaten enthousiast zijn over mediation. Eén van onze eigen advocaten, Nicole Bastiaans, is ook zelf mediator (zie: https://www.sapadvocaten.nl/mediation/ ).
Voor mediation is echter de instemming, inzet en wil om er uit te komen van beide partijen nodig. Ook moeten de standpunten niet teveel uiteenliggen. Dat oordeelde Rechtbank Rotterdam onlangs naar aanleiding een verzoek van een slachtoffer om de verzekeraar te dwingen mee te werken aan een mediation.[1] De rechtbank wees dat verzoek af:
Hoewel het niet ongebruikelijk is om een zaak deze wijze op te lossen, is gebleken dat de standpunten van partijen over de inhoud van een dergelijke regeling ver uiteen liggen. Een dergelijke regeling ligt op dit moment derhalve niet voor de hand.
In het geval mediation niet mogelijk is omdat één van beide partijen of beide partijen daar niet aan mee willen werken dan kan in het geval een bepaald discussiepunt partijen verdeeld houdt een deelgeschilprocedure een goede optie zijn. Klik hier voor informatie over het het deelgeschil en zie ook onze website.
In het rapport “De Gedragscode Behandeling Letselschade. Een goed bewaard geheim?” van de Stichting de Ombudsman (februari 2011) is de aanbeveling gedaan aan verzekeraars om ieder dossier dat na 2,5 jaar nog niet is afgerond, automatisch aan een (externe) second opinion te onderwerpen. Het PIV en het Verbond van Verzekeraars hebben deze aanbeveling uitgewerkt in hiervoor genoemde “Aanbevelingen ter voorkoming en/of oplossing van geschillen in het letselschadeproces”. De basisgedachte achter de aanbevelingen is om er voor te zorgen dat er geprobeerd wordt om in het geval de onderhandelingen vastlopen, uit de impasse te geraken. Dat is een lovenswaardig streven en het zou mooi zijn als partijen daar vooral hun aandacht aan besteden.Dat is zinvoller dan elkaar in de media proberen zwart te maken zoals het Verbond van Verzekeraars onlangs deed. Zonder enige onderbouwing kregen letselschadeadvocaten de schuld van stijgende premies van autoverzekeringen. Dit bericht mochten we onlangs vernemen van het Verbond van Verzekeraars:[2]
Toegenomen advocaatkosten zijn één van de oorzaken voor de duurder geworden autoverzekeringen, concludeert het Verbond van Verzekeraars. In vijf jaar tijd nam de vergoeding voor een advocaat bij een gemiddelde letselschadezaak met ruim achttien procent toe: van 7.600 euro in 2010 naar 9.000 euro in 2016.
Dit is een nogal wankele stelling, want als we alleen al kijken naar de inflatie over de periode 2010 tot 2016[3], dan wordt een groot deel van deze stijgende kosten (als dat al klopt, want elke onderbouwing ontbreekt) voornamelijk verklaard door de inflatie. Als een bedrag van € 7.600 in 2010 wordt vermeerderd met inflatiecorrectie, dan komen we op een bedrag van ruim € 8.400. Er blijft daarmee dus weinig over van de stelling dat de advocaatskosten de oorzaak zijn van de premiestijging. Die oorzaak ligt dan dus voor een belangrijk deel in de geldontwaarding. Tenzij het Verbond vindt dat die geldontwaarding ook de schuld is van letselschadeadvocaten, zijn de kosten feitelijk met € 600 per dossier gestegen.
Heeft het Verbond onderzoek gedaan naar de oorzaak van deze stijging? Zouden haar leden daar mogelijk zelf ook debet aan kunnen zijn? Bijvoorbeeld doordat advocaten met hun cliënten steeds harder moeten knokken om hun gelijk te halen? Of omdat de doorloopsnelheid bij verzekeraars steeds langer wordt doordat het werk door steeds minder mensen moet worden gedaan als gevolg van de vele reorganisaties, waardoor advocaten vaak pas door middel van gerechtelijke procedures of dreiging daarmee de wensen van hun cliënten onder de aandacht krijgen?
Het Verbond is – zoals mijn kantoorgenoot Sander de Lang al eerder opmerkte – bezig met het oproepen van spookbeelden. Dat is jammer en onnodig. Laat het Verbond van Verzekeraars zich met zinvolle zaken bezig houden. Zorgen voor een goede implementatie van de “Aanbevelingen ter voorkoming en/of oplossing van geschillen in het letselschadeproces” lijkt mij er daar één van. Aan het oplossen van die geschillen doen wij graag mee.
Verwijzingen:
[1] Rechtbank Rotterdam (deelgeschil) 11 april 2016, ECLI:NL:RBROT:2016:2802
[2] https://www.advocatenblad.nl/?p=86822 en https://letselschade-actua.nl/toegenomen-advocaatkosten-door-deelgeschillen-en-mediation/
[3] CPI 2010 = 1,93%, CPI 2011 = 2,38%, CPI 2012 = 2,90%, CPI 2013 = 1,70%, CPI 2014 = 0,70%, CPI 2015 = 0,70%. Zie: https://nl.inflation.eu/inflatiecijfers/nederland/historische-inflatie/cpi-inflatie-nederland.aspx