Fiscale aspecten van letselschadevergoedingen

Deze week is door Slachtofferhulp Nederland, het Verbond van Verzekeraars en de vereniging van Letselschadeadvocaten (LSA) een gezamenlijke brief aan de Tweede Kamer gestuurd over de fiscale behandeling van letselschadevergoedingen. In de brief wordt het verzoek, om te bezien in hoeverre letselschadevergoedingen buiten de vermogensbelasting gehouden kunnen worden, ondersteund. Dit verzoek is ingediend door de Kamerleden Leijten van de SP en Lodders van de VVD.

Huidige regelgeving; vermogensbelasting

Volgens de huidige regelgeving is schadevergoeding die aan een slachtoffer van bijvoorbeeld een verkeersongeval wordt uitbetaald, netto uitgekeerd. Dat betekent dat er geen inkomstenbelasting over dient te worden betaald. De schadevergoeding dient echter wel te worden verantwoord als vermogen, wat betekent dat de ontvangen letselschadevergoeding belast is onder de vermogensrendementsheffing van Box III, voor zover een slachtoffer met diens totale vermogen boven de belastingvrije som uitkomt.

Recente ontwikkelingen; vrijstelling WLZ en WMO

Tot 31 december 2018 had de letselschadevergoeding ook invloed op de hoogte van de eigen bijdrage in het kader van de Wet Langdurige Zorg (WLZ) en de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo). Dit omdat de letselschadevergoeding ook meetelde voor de vermogensinkomensbijtelling. Mensen die langdurige zorg nodig hebben en behoefte hebben aan maatschappelijke ondersteuning kunnen een beroep doen op deze regelingen, maar dienen dan wel een eigen bijdrage te betalen. De hoogte daarvan is afhankelijk van het inkomen en het vermogen van degene die een aanvraag doet. Dat was problematisch voor mensen die recht hadden op een letselschadevergoeding, maar nog wel een beroep moesten doen op de Wmo en de Wlz. Door de letselschadevergoeding steeg het vermogen, waardoor de eigen bijdrage ook hoger werd. Deze verhoging van de eigen bijdrage diende daarom te worden meegenomen in de letselschadevergoeding, die daardoor ook weer hoger werd. Deze vicieuze cirkel was problematisch voor zowel verzekeraars als letselschadeslachtoffers en er is door verschillende partijen langdurig gelobbyd om dit op te lossen.

Vorig jaar werd door minister Hugo de Jong bekend gemaakt dat een letselschadevergoeding wordt vrijgesteld van de vermogensinkomensbijtelling, waardoor een letselschadevergoeding minder invloed heeft op de eigen bijdrage ten aanzien van de WLZ en de Wmo. De letselschadevergoeding telt nog wel mee voor het verzamelinkomen. Deze regeling is op 1 januari 2019 ingegaan.

Vrijstelling vermogensbelasting?

Het verzoek van de Kamerleden Leijten en Lodders gaat nog een stap verder; zij willen onderzoeken in hoeverre het mogelijk is om een letselschadevergoeding buiten de vermogensbelasting te houden. De staatssecretaris van financiën (Menno Snel) heeft hier eerder op gereageerd: volgens hem zal het uitzonderen van letselschadevergoedingen het belastingstelsel nog complexer maken, waardoor het niet meer uitvoerbaar zou zijn voor de belastingdienst. In de gezamenlijke brief van het Verbond van Verzekeraars, Slachtofferhulp Nederland en de LSA wordt er op gewezen dat verschillende andere uitkeringen wél al worden vrijgesteld van vermogensbelasting. Ook wordt gesteld dat in het verleden al eerder letselschadevergoedingen zijn vrijgesteld van vermogensbelasting, zoals de letselschadevergoedingen die in het kader van de Volendamse nieuwjaarsbrand zijn uitbetaald. Ook wordt gewezen op de vertraging die in een letselschadezaak ontstaat door de onzekerheden omtrent de hoogte van de fiscale component. Het wordt hierdoor lastig voor partijen om een letselschadezaak op een verantwoorde manier af te ronden.

Hoewel de staatssecretaris nog weinig lijkt te voelen voor het voorstel om letselschadevergoedingen vrij te stellen van vermogensbelasting, is het wel te hopen dat hij de brief serieus zal meewegen in de besluitvorming. Een vrijstelling van de vermogensbelasting zal in ieder geval bijdragen aan een soepeler en vlottere afwikkeling van een letselschadezaak, waar met name een slachtoffer bij gebaat zal zijn.

Auteur: mr. Rene Hebly – SAP Letselschade Advocaten