De quad in het buitenland
Een felle discussie vindt momenteel plaats na enkele ernstige ongelukken met een quad die in korte periode zijn voorgevallen, zowel in binnen- als in buitenland. Zo zegt Veilig Verkeer Nederland dat quads levensgevaarlijk zijn en verboden moeten worden. Volgens verhuurders van quads is een verbod zwaar overdreven, wanneer je je verstand gebruikt is er niets aan de hand.
Het Ministerie van Buitenlandse Zaken waarschuwde kortgeleden ook toeristen voor de gevaren die op de loer liggen bij het rijden op een quad tijdens de vakantie. Maar welke regels en wetten gelden er eigenlijk wanneer je een ongeval met een quad in het buitenland krijgt?
Deze vraag lag ook voor aan de Rechtbank Almelo, toen een vrouw een reisorganisatie aansprakelijk stelde voor een ongeval op een quad dat haar in Egypte was overkomen. Zij had bij deze organisatie haar reis geboekt en tijdens haar vakantie via hen een tour geboekt waar een rit op een quad een onderdeel van was. De vrouw is van mening dat de reisorganisatie tekort is geschoten in de reisovereenkomst (artikel 7:500 BW) die zij met hen is aangegaan toen zij de reis boekte. Ook stelt ze dat de aanbieder van de tour onrechtmatig heeft gehandeld door onvoldoende instructies te geven over het gebruik van de quad en dat er materiaal gebruikt werd dat niet geschikt was voor onervaren quad rijders. De rechtbank is echter van mening dat de reisorganisatie niet aansprakelijk is voor het ongeval dat de vrouw is overkomen tijdens het rijden op de quad. Zij vinden ten eerste dat de tour die de vrouw geboekt heeft tijdens haar vakantie, geen onderdeel is van de reisovereenkomst die is aangegaan bij het boeken van de vakantie zelf. Ook wordt de tour niet genoemd in de informatie over de betreffende reis op de website. Het is dan volgens de rechtbank ook niet mogelijk om de reisorganisatie op grond van het tekortschieten in de reisovereenkomst aansprakelijk te houden voor het ongeval. Ook de organisator van de tour heeft volgens de rechtbank niet onrechtmatig gehandeld. Voordat er op de quads gereden zou gaan worden, zijn er instructies gegeven over gegeven en zijn er beschermende middelen beschikbaar gesteld, zoals een bril en een helm. Er is nog geoefend met het rijden op de quads en de deelnemers hebben de tijd gehad om vragen te stellen aan de organisatoren. Ook vindt de rechtbank het niet duidelijk worden welke instructies dan wel gegeven hadden moeten worden, om te voorkomen dat de vrouw het ongeval zou zijn overkomen.
De conclusie van de rechtbank luidt dan ook dat de reisorganisatie niet aansprakelijk is en dat de schade die de vrouw geleden heeft door hen niet betaald hoeft te worden.
Wanneer de tour echter wel onderdeel zou zijn van de geboekte reis, er te weinig of geen instructies zouden zijn gegeven of geen veiligheidsmateriaal zou zijn verstrekt, had de conclusie van de rechtbank natuurlijk heel anders kunnen luiden. Het is dan ook van vele omstandigheden afhankelijk of de reisorganisatie of tour-aanbieder aansprakelijk te stellen is voor een ongeval. Feit blijft wel dat een ongeval in een klein hoekje zit en dat de gevolgen, juist met zo een zwaar voertuig als een quad, zeer ernstig kunnen zijn.