Mag een belangenbehartiger in een letselschade kosten rechtsbijstand inhouden op de schadevergoeding en tegelijk kosten rechtsbijstand incasseren van de verzekeraar?
De Rechtbank Overijssel vond van niet. Dat oordeelde de rechtbank in een uitspraak van 10 november 2021.[1]
Waar ging het om in deze zaak?
Een man was in 2013 overleden als gevolg van een bedrijfsongeval. De nabestaanden hebben na het overlijden met behulp van een belangenbehartiger (niet-advocaat) de overlijdensschade verhaald op de (verzekeraar van de) werkgever van de man. Op 30 maart 2015 is een vaststellingsovereenkomst gesloten met Delta Lloyd voor een bedrag van € 210.000,00. De nabestaanden hebben daarvan na aftrek van de successfee (€ 56.066) in totaal een bedrag van € 153.934,00 ontvangen.
Jaren later komen de nabestaanden er achter dat door Delta Lloyd ook een bedrag van € 43.608,40 aan kosten rechtsbijstand is vergoed aan de belangenbehartiger. De nabestaanden vorderen daarom de ingehouden successfee van € 56.066 terug.
De rechtbank oordeelt dat de belangenbehartiger de door Delta Lloyd vergoede kosten moet terugbetalen aan de nabestaanden, verminderd met de in de opdrachtovereenkomst afgesproken ‘startkosten’ (€ 4.489,20). Dus een bedrag van € 39.119,20.
Dubbel vangen?
Kortom, een belangenbehartiger mag niet ‘dubbel vangen’. Het ging om een belangenbehartiger die geen advocaat is. Advocaten mogen dit soort afspraken trouwens niet maken. Benieuwd naar de andere verschillen tussen een advocaat en niet-advocaat? Lees dan verder op deze pagina.
